Toppers van Transdev: Hans
“Ik denk dat momenteel de sfeer in de supermarkt vervelender is dan in de trein,” lacht Hans. Hans is machinist op de treinverbinding van Breng, die rijdt tussen Arnhem en Doetinchem.
"Het lijkt wel een compleet andere wereld op de stations, zeker in de spits."
Op zijn 29e begon hij als conducteur bij de NS en rolde zo de wereld van het openbaar vervoer in. Na werk in treinonderhoud en als buschauffeur is Hans nu al zo’n 20 jaar machinist. “Ik ga nog dagelijks met plezier naar mijn werk. Al beginnen de vroege diensten op deze leeftijd wel z’n tol te eisen,” zegt Hans met een knipoog.Toen de coronamaatregelen werden ingesteld, heeft de trein van Breng eerst een week niet gereden; “ik heb wel genoten van een weekje thuis zitten hoor, maar nu weer aan het werk zijn is toch wel een fijn gevoel.” Na die week is Breng weer gaan rijden met een aangepaste dienstregeling, net als elke vervoerder in het land. “De reizigers moesten wel even wennen, net als wij natuurlijk. Iedereen begon heel goed en begripvol, maar ze lijken nu ongeduldig te worden,” vertelt Hans. Hij maakt zich dan ook wel een beetje zorgen om hoe het moet als de scholen weer open gaan; “wij vervoeren op ons traject niet alleen veel woon-werkverkeer, maar ook heel veel studenten. Wij hebben nu niet de capaciteit om die allemaal te vervoeren als ze weer naar hun scholen en universiteiten gaan. We zouden dan met een veelvoud van treinen achter elkaar moeten gaan rijden, dat is natuurlijk niet te doen.”
Een punt wat soms wat onhandige situaties oplevert is dat hij vanuit de cabine van zijn trein niet een deur rechtstreeks naar buiten heeft. “Ik moet een stukje door het passagiersgedeelte heen. Dus even goed opletten dat ook dan de afstand bewaard blijft.” Tijdens zijn werk zit hij weliswaar alleen in zijn cabine voorin de trein, maar hij kan via camera’s in de gaten houden wat er in de trein gebeurt. “Indien nodig roep ik soms wat om, als reizigers zich niet wenselijk gedragen of iets dergelijks. Laatste tijd gebruik ik het omroepsysteem vooral om mensen erop te wijzen dat ze de 1,5e meter afstand in de gaten moeten houden. Veelal reageren ze daar goed op, denk ook dat het bij de meesten geen onwil is maar meer een kwestie van ‘oude’ gewoontes.”
Het gebrek aan reizigers vindt Hans wel erg bijzonder om mee te maken; “het lijkt wel een compleet andere wereld op de stations, zeker in de spits. Toch geeft mijn werk me nog heel veel voldoening. We doen belangrijk werk en ik heb ook vertrouwen in het bedrijf dat we de komende tijd werkbare oplossingen gaan vinden. Voorlopig heb ik een veilig gevoel tijdens het uitvoeren van mijn werk. We wisselen op een dienst niet meer van trein, de cabines worden dagelijks schoongemaakt. Er wordt goed voor ons gezorgd!”